Enkele recente arresten van het Hof van Cassatie die nuttig zijn voor de architect

Recent heeft ons hoogste rechtscollege opnieuw enkele interessante arresten gewezen die nuttig zijn voor de architect en belangrijke leidraden vormen voor zijn beroepsuitoefening.

1.

In een arrest van 10 februari 2022 behandelt het Hof nogmaals de problematiek van de contractuele beperking van de tienjarige aansprakelijkheid voor stabiliteitsbedreigende gebreken.

Artikel 1792 Oud Burgerlijk Wetboek bepaalt dat indien een gebouw dat tegen vaste prijs is opgericht, geheel of gedeeltelijk tenietgaat door een gebrek in de bouw, zelfs door de ongeschiktheid van de grond, de architect (en de aannemer) daarvoor gedurende tien jaren aansprakelijk zijn. Artikel 2270 Oud Burgerlijk Wetboek voegt daaraan toe dat architecten en aannemers na verloop van tien jaren zijn ontslagen van hun aansprakelijkheid met betrekking tot de grote werken die zij hebben uitgevoerd of geleid.

Wij trappen een open deur in door erop te wijzen dat deze bijzondere aansprakelijkheid de openbare orde raakt en daarom contractueel niet kan worden uitgesloten. Met het kwestieuze arrest wordt nu evenwel nuttig gepreciseerd dat een beding dat de tienjarige aansprakelijkheid beperkt nietig is, ongeacht of de werken reeds al dan niet werden aanvaard. In de voorliggende zaak had de eiser geargumenteerd dat de werken nog niet waren opgeleverd en de tienjarige aansprakelijkheid dus nog niet was beginnen lopen en zodoende ook nog contractueel beperkt kon worden. Niet dus oordeelde het Hof.

2.

Met een arrest van 18 februari 2022 heeft het Hof zich uitgesproken over de reikwijdte van de verantwoordelijkheid van de architect in geval van ontslag van zijn controleplicht.

Overeenkomstig de wet van 20 februari 1939 is de tussenkomst van een architect noodzakelijk voor de opmaak van de plannen en de controle op de uitvoering van werken waarvoor een bouwvergunning noodzakelijk is. Het deontologisch reglement van 18 april 1985 voegt hieraan toe dat de architect niet kan worden gelast met het uitwerken van een uitvoeringsproject zonder simultaan te zijn gelast met de controle op de uitvoering. De architect kan slechts worden ontslagen van zijn plicht tot controle op de uitvoering hetzij wanneer een andere architect met deze controle is gelast, hetzij wanneer hij door de bouwheer van zijn controleplicht wordt ontlast. De architect moet hiervan dan wel de overheid die de bouwvergunning heeft verleend, alsook de Orde van Architecten informeren.

Welnu, het Hof van Cassatie heeft met het kwestieuze arrest geoordeeld dat de regel dat een architect niet kan aanvaarden met het uitwerken van een uitvoeringsproject van werken te worden gelast zonder dat hij zelf of een andere architect ook de controle op de uitvoering kreeg toebedeeld, niet inhoudt dat wanneer de architect door de bouwheer van zijn controleplicht wordt ontslaan, de architect erop moet toezien dat een andere architect vervolgens met deze controleplicht wordt gelast. Het volstaat om de overheid die de bouwvergunning heeft verleend, alsook de Orde van Architecten van het ontslag van zijn controleplicht te informeren, meer niet.

©Philippe VANSTEENKISTE

Overzicht >

// Deel dit bericht